maandag 19 september 2011

Het seizoen is begonnen!

Het begon alweer flink te kriebelen, maar het seizoen is afgelopen weekend voor mij dan eindelijk weer begonnen met mijn eerste toernooi. Na een trainingsperiode van 7 weken, kwam dit ook meer dan geroepen! Toernooien spelen is namelijk toch heel anders dan trainen en het is uiteindelijk ook waar je het allemaal voor doet!

Mijn eerste toernooi was alleen niet zoals gebruikelijk een toernooi in Nederland, nee, ik speelde mijn eerste toernooi in Luxemburg, of all places!

Hoe kom ik bij Luxemburg? Een goede vriend van mij, Robin van Leeuwen, vroeg mij zo’n drie weken geleden of ik misschien zin had om met hem mee te doen aan dit toernooi. Wat bleek nu, één van Robin’s klanten is de president van de Petange Squash Club in Luxemburg, waar het toernooi werd gehouden. Hij had aan Robin gevraagd (geëist is misschien een beter wordt als ik Robin mag geloven) of hij mee wilde spelen met dit toernooi. Robin, ook een beetje gepusht door zijn eigen baas, stemde in en nam mij uiteindelijk mee.

Voor mij was het namelijk ook een perfecte voorbereiding op de drukke periode die ik tegemoet ga. Wat is er namelijk beter dan een aantal potjes op niveau te spelen tegen spelers waar je normaal niet zo snel tegen zou spelen.

En zo gezegd, zo gedaan, afgelopen vrijdag stapten Robin en ik in de (bedrijfs)auto op weg naar Luxemburg voor ons eerste toernooi van het seizoen! Eenmaal aangekomen, bleek dat er een aardig internationaal deelnemersveld was. Belgen, Duitsers, Luxemburgers, Fransen, Hollanders en zelfs een Nieuw Zeelander (al woont deze wel in Luxemburg voor het grootste deel van het jaar). Het beloofde dus een pittig weekend te worden!

De eerste wedstrijd stond gepland op de vrijdagavond. Ik mocht aantreden tegen Stephane Ayache, de nr 2 van Luxemburg. Ik kwam in de eerste game 6-1 achter te staan, maar wist uiteindelijk de game met 11-9 naar mij toe te trekken en de volgende twee games ging het kaarsje langzaam uit bij Stephane, 11-5 11-4. Robin verloor helaas van de nummer 2 geplaatste Nathan Sneyd.

Na een goede nachtrust in ons, door Robin’s werk gesponsorde, hotel was de tweede dag van het toernooi aangebroken. Robin verloor helaas in de ochtend van een Fransoos en was daardoor uitgeschakeld. Ik speelde in de middag de halve finale tegen een Belg, Laurent Sabbe, en het werd duidelijk vanaf het begin dat het een lastig potje zou worden. Laurent is namelijk erg handig met zijn racket en had besloten (zo leek het) om de rally’s zo kort mogelijk te houden, aangezien hijzelf niet meer de fitste is. Hij sloeg de ene nick na de andere en zorgde ervoor dat ik totaal niet in een ritme kon komen. Ik werd in zijn spel gezogen en begon veel fouten te maken en met hem mee te hakken, waardoor mijn ballen losser en stteds meer in het midden kwamen en hem zo weer extra gelegenheden gaf om de bal weg te slaan. Ik verloor de eerste game 12-10, won de tweede 11-7 en verloor de derde met 11-7. Teleurgesteld en een beetje boos op mijzelf stapte ik na de derde game van de baan. Ik was daarna vastbesloten om mijn manier van spelen compleet te veranderen, dus de ballen goed opbouwen, meer rust en proberen de rally’s zo lang mogelijk te maken. Deze verandering ging compleet met een nieuw shirt en racket en misschien had dit een positieve impact op mijn gevoel om het over een andere boeg te gooien. Met werksquash won ik de vierde en vijfde game vrij eenvoudig, 11-5 11-3. Ik was erg trots op mijzelf na deze win, want ondanks dat ik niet goed had gespeeld, was ik toch in staat om mijn spel nog om te draaien (ookal was het vrij laat), en uiteindelijk mijn tegenstander ‘van de baan te rennen’, iets wat mij ook niet vaak gebeurd!

De finale stond nu op het programma. Ik mocht spelen tegen Nathan Sneyd, een Nieuw Zeelander, die lang in Luxemburg heeft gewoond, vorig jaar naar Australie is gegaan, en nu weer terug was in Luxemburg. Dit beloofde een zware pot te worden. De eerste set ging vrij gelijk op, we speelden lange rally’s en lieten elkaar hard werken. Het was close tot 6-6, maar uiteindelijk liep hij weg met de eerste game 11-7. Deze game had blijkbaar toch zijn tol geëist bij Nathan, want de volgende game won ik vrij snel met 11-1. De derde game begon weer zoals de eerste, en we waren steeds maar met een punt van elkaar gescheiden. Wederom bleek dit harde werk zijn tol te eisen en na een paar goede rally’s van mijn kant werd het 11-6 voor mij. De vierde game vloog ik uit de startblokken en kwam snel voor te staan. 4-0, 6-1, 7-2, maar toen begon ik een beetje gretig te worden en maakte ik wat fouten. Dit gaf Nathan weer vertrouwen en hij besloot nog een grote push te geven. Gelukkig was mijn voorsprong groot genoeg, en bereikte ik op 10-7 mijn eerste match bal. Nathan wist er nog twee te redden, maar uiteindelijk trok ik de game, wedstrijd en het toernooi met 11-9 naar mij toe. Mijn eerste toernooi van het seizoen en meteen WINST! Heerlijk om zo te beginnen!
Na de wedstrijd een interview moeten geven voor de tv, daarna prijsuitreiking en wat nakletsen met de deelnemers van het toernooi. Wat mij op is gevallen dit toernooi is dat de mensen een enorme passie voor squash hadden. Er hing een zeer positieve sfeer op de club en ik heb op de baan geen onsportief gedrag gezien. Iedereen wilde winnen, maar wel op een eerlijke manier, en een lach hier en daar was zeer belangrijk voor ze!

Robin had ’s avonds afgesproken met een collega van hem om in de stad een hapje te gaan eten en ons daarna de stad te laten zien. Een perfecte afsluiting van een zeer geslaagd weekend. Zondag reden we (ik spreek nu voor mijzelf, hopelijk voelt Robin hetzelfde) met een voldaan gevoel naar huis.
Hopelijk is dit een voorbode voor het komende seizoen, maar de toon is in ieder geval gezet!
Volgende week tijdens mijn eerste PSA toernooi van het seizoen deze lijn proberen door te trekken!

zondag 4 september 2011

Communicatie

Het is alweer even geleden dat ik een blog geschreven heb, vandaar dat ik op deze druilerige zondag (zal eens niet…) weer eens lekker achter de computer gekropen ben. Waarover ik zou schrijven was meteen duidelijk voor mij, nadat ik gisteren, na vaak gepusht te zijn, eindelijk heb toegegeven en een Twitter account heb aangemaakt.
Als professioneel squasher ben je namelijk erg vaak op pad en zit het thuisfront te popelen om iets van je te horen. Even een smsje als je aangekomen bent. Snel een berichtje op Facebook voor je wedstrijd. Misschien een emailtje met een wedstrijdverslag na je wedstrijd, een klein artikeltje voor op je website/blog. Of misschien zelfs een videoblog zoals LJ op het moment doet! En als je even een stem wilt horen, dan heb je nog je computer, of iPhone met Skype en kan je van all over the world in contact komen met wie je wilt, waar deze persoon zich ook bevindt! Natuurlijk heb je ook nog de mogelijkheid om gewoon de telefoon te pakken en naar huis te bellen, maar zoals ook naar voren kwam in andere blogs, zijn wij squashers (of in ieder geval ik), niet al te blij met heel hoge telefoonrekeningen!

Je ziet squashers dan ook altijd een gat in de lucht springen wanneer er op je hotel, op de club of ergens in de buurt Wifi te vinden is! All problems solved, geen bezorgde ouders, nieuwsgierige vrienden en squashliefhebbers meer, want je kunt aan al hun informatiebehoeftes voldoen!

Ikzelf kom uit een gezin, waarin mijn vader vroeger enorm veel heeft gereisd voor zijn werk. Hij was gemiddeld zo’n 100 dagen in het jaar op reis en aangezien dat nog in de oertijd was, had hij al deze mogelijkheden in het begin nog niet. Verhalen over brieven schrijven naar mijn moeder, die dan een week of anderhalf later aankwamen. Luchtpost, munttelefoons, telegrammen, duivenpost, rooksignalen, morsecode (oké misschien overdrijf ik nu een beetje…) komen af en toe nog eens voorbij als we aan tafel zitten en ons erover verbazen hoe eenvoudig de communicatie nu gaat.

Ik ben zelf opgegroeid in het internettijdperk, dus voor mij zijn deze dingen zeer gebruikelijk en normaal. Maar op pad in Australie werd ik dan toch geconfronteerd met een internetloos bestaan. Aangekomen in Millicent, in West Australie, een dorpje van 500 inwoners met 20 kerken, was geen wifi te vinden. Ik stond met mijn handen in het haar, want hoe moest ik nu contact opnemen met het thuisfront? Moest ik een brief schrijven? Maar aangezien deze toch pas anderhalve week later aankomt waarschijnlijk geen goed plan. Bovendien, geen idee waar ik een kaart kon krijgen, wat ik voor postzegels erop zou moeten doen en wat ik erop zou moeten schrijven.

Millicent heb ik overleefd en met een klein beetje angst ging ik op weg naar Kalgoorlie, een goudmijnersstadje, wederom een dorpje uit de oudheid met nog echte saloons en kleiwegen. Maar mijn angst was nergens voor nodig want zo’n drie uur later zat ik op Facetime met mijn ouders (soort videochat), en was ik alweer aan het Whatsappen met mijn vrienden. Een kleine tip voor toekomstige Australië gangers: Elke McDonalds in Australië heeft gratis wifi! Als zuinige Hollander (en aangezien McDonalds niet het beste sportvoedsel is) is het vaak voorgekomen dat ik gewoon bij de Mac naar binnen ging met mijn laptop en een uurtje ging internetten, zonder iets te bestellen! En om nog zo’n tip eruit te gooien, hetzelfde geld voor de Dôme keten, te vinden in West Australië, al moet je hier wel minimaal een kopje koffie bestellen!

Terug in Nederland was ik mij dan ook bewust hoe eenvoudig wij het nu hebben om met elkaar in contact te komen en elkaar op de hoogte te houden van ons doen en laten. En mede daardoor heb ik gisteren, na al accounts te hebben op Facebook, LinkedIn, Skype en blogspot, een account aangemaakt op Twitter. Dus voor degenen die geïnteresseerd zijn naar mijn verrichtingen, dagelijkse beslommeringen en meningen, is het nu mogelijk om mij ook te volgen op www.twitter.com/frankhartkoren !